Gerard Dekker (harpsichord) Gerard Dekker Klavecimbel: Scarlatti, Soler, Mozart

Tüm Gerard Dekker Eserleri İçin Tıklayın

 



Gerard Dekker plays a harpsichord built by David J. Rubio after a copy of Pascal Taskin from 1769
Released 1975 by KRO Klassiek ES-46 192 313/5
KRO was one of the public broadcasting companies in the Netherlands (like the BBC in the UK)
Recorded in de Abbey of Berne in Heeswijk-Dinther Monday the 24th en Tuesday the 25th of Februari 1975
Recording technician: Jan de Groot.
Produced by Eurosound Studio’s Nijmegen

Kant A
Domenico Scarlatti (1685-1757)
00:00 1. Sonata (E groot) Andantè K. 206 4’56”
04:56 2. Sonata (E groot) Presto K. 20 2’53”
07:52 3. Sonata (C groot) Cantabile K. 132 4’39”
12:34 4.-Sonata (a klein) AIlegro K. 532 3’55”
16:31 5. Sonata (A groot) Allegro assai K. 533 2’48”

Kant B:
Antonio Soler (1729-1783)
19:26 1. Sonata (a klein) Rubio 118 Allegro 3’37”
23:06 2. Sonata (D groot) Rubio 86 Allegretto 5’25”

Wolfgang Amadeus Mozart (1756-1791) 3. Suite KV 399 (385 i) 12’30”
28:35 a. Ouverture (Grave – 30:45 Allegro)
33:21 b. (Allemande) Andante
38:07 c. (Courante) Allegretto

Omstreeks 1710 konstrueerde, naar men aanneemt
de klavecimbelbouwer BARTOLOMEO
CRISTOFORI uit Padua, een mechaniek,
waarmee hij het zogenaamde hamerklavier – onze
piano – kon bouwen. Dat was het begin van de
ondergang van het klavecimbel, dat zich op dat
moment had ontwikkeld tot een van de’
belangrijkste instrumenten uit de muziekwereld.
Binnen een eeuw zou het vrijwel helemaal
verdrongen zijn door het hamerklavier. Toen
Rossini in 1816 in “lI Barbiere di Siviglia” voor het
laatst het klavecimbel voorschreef om de
recitatieven te begeleiden, werd er al tientallen
jaren geen solomuziek meer geschreven voor dit
instrument .
De beperking van het klavecimbel was de klank,
die altijd even hard bleef. Het mechaniek van
Christofori, dat in de loop van de 18e eeuw door
met name de Duitse bouwer Silbermann,
aanzienlijk werd verbeterd, bood wat dat betreft
vele voordelen.
Dankzij het simpele principe om de snaren niet
meer met een tangent aan te tokkelen, maar met een
hamertje aan te slaan, bleek het nieuwe instrument
harde ên zachte tonen te kunnen laten horen. En
omdat daartussen allerlei gradaties mogelijk waren,
kon er geleidelijk harder en zachter op worden
gespeeld. Nu was dat ‘geleidelijk’ een effekt, dat de
komponisten vanaf het midden van de eeuw, in alle
muziek met voorliefde zouden gaan toepassen.
Uiteraard probeerden de klavecimbelbouwers hun
instrumenten aan de veranderende smaak’ aan te
passen. Maar op de eerste plaats gebeurde dat niet
overtuigend, omdat ze liever meteen overstapten
op het bouwen van hamerklavieren. Op de tweede
plaats bleek het mechaniek van het klavecimbel
volstrekt ongeschikt om er geleidelijke kontrasten
,mee te bewerkstelligen. De vernieuwingen die ze
nog aanbrachten, hebben het instrument dan ook
niet van de ·ondergang kunnen redden. Maar ze
hebben het, op het laatste nippertje, nog met een
aantal klankvariëteiten verrijkt.
Zo vond de Engelse bouwer BURKAT SHUDI
(1702-1773) de ‘Venetian Swell’ uit. Deze met
pedaal bediende zwelkast leverde een effekt, dat
leek op geleidelijk hard en zacht worden.

#DavidJRubio #GerardDekker

© 2015 - 2024 PlakDinle.Com